Donderdag 11 november 2010

DSCF0493_resizeBolletjes wol

Vandaag gaan we weer door naar een volgende bestemming: Port Fairy aan de kust. We pakken de spullen in, checken uit bij het motel en rijden Halls Gap in voor een ontbijtje van de bakker. Daarna tanken we de auto vol en gaan op weg naar het zuiden.

De eerste stop is Hamilton, “the wool capitol of the world”. Daar merk je maar heel weinig van, want in het centrum ontdekken we geen enkele winkel die wol verkoopt. Het is vandaag heerlijk weer, zonnig en een graadje of 25. Dan is het toch gek om de kerstversiering in de etalages te zien (nog 44 nachtjes slapen, lezen we). We lopen een Telstra winkel binnen, want Jeroen heeft al dagen geen bereik met zijn mobiele telefoon. We zitten allebei bij Vodafone, maar Co’s telefoon logt wel in bij andere netwerken, als Vodafone niet beschikbaar is. Waarschijnlijk zit het ‘m in het prepaid abonnement van Jeroen. Zoeken we later wel even uit. Het is nog wat vroeg, maar we delen toch maar samen een broodje bij de Subway. Daar vraagt Jeroen nog even naar de wol, maar het gaat voornamelijk om fabrieken buiten het centrum. Inderdaad rijden we even later langs een veld vol schapen die tussen de hekken klaar staan om geschoren te worden.

DSCF0482_resizeNa Hamilton komen we langs twee natuurparken met vulkanen. De eerste is Mount Napier State Park. Vreemd om opeens midden tussen de weilanden met schapen een vulkaan op te zien rijzen. De weg naar het park toe is nog goed begaanbaar, maar eenmaal in het park moeten we 5 km over een onverharde weg, die ook nog eens omhoog loopt. Op het eind dreigen we weg te slippen, maar gelukkig bereiken we zonder problemen de parkeerplaats. Hier zie je meteen  al hopen met vulkanisch gesteente liggen. Er is een pad naar de top van de vulkaan, dat is een uur heen en terug. We beginnen eraan, maar het pad is al snel overwoekerd met hoog gras en distels. Hier komen kennelijk weinig mensen. Gezien de afgelopen ervaringen met slangen, besluiten we om deze wandeling maar te laten zitten en door te rijden naar het volgende park.

DSCF0496b_resizeVeertig kilometer verderop buigen we af naar Mount Eccles National Park. Hier is ook een kampeerplek en het park ziet er een stuk beter onderhouden uit. Ook in dit park kun je naar de rand van de vulkaan lopen en er zelfs helemaal omheen. Beneden in de krater ligt Lake Surprise. Maar de leukste verrassing hier is dat er veel koala’s in de bomen schijnen te zitten. Dit hadden we al gelezen in de Lonely Planet. Het is daarom moeilijk afwegen tussen naar beneden kijken voor mogelijke slangen op het pad en omhoog kijken voor koala’s in de bomen. Ze hebben een goede schutkleur met hun grijze wollige vacht en ze hangen op strategische plekken in de boom, dus het is best lastig om ze te spotten. Al na een paar honderd meter hebben we “beet”: een koala in de eucalyptusboom! Hij is lekker aan het tukken op een tak en verroert geen vin. We lopen verder naar een lookout op de kraterrand en daar zit vlak voor ons een grote grijze bol wol in de boom. Dat is nr. 2! Weer een stukje verder ontdekt Jeroen twee exemplaren in een kleinere boom, een moeder met kind. Deze zijn wel ontzettend schattig! Stom dat we de verrekijker in de auto hebben laten liggen, maar later zien we op de foto’s beter hoe ze ons met hun zwarte kraaloogjes aankijken. In totaal zien we hier zo’n acht koala’s in de bomen. Op de wandeling komen we een Nederlands stel tegen (tja, alwéér…) die hier gaan kamperen. We vragen of ze de koala’s al hebben gezien. “Nee, waar zitten die dan?” Nou, hier één en daar nog één! Dus die hebben we mooi even op weg geholpen. Jeroen hoort beneden in de krater mysterieus gebubbel. Daarom lopen we naar beneden om uit te zoeken wat het is. We zien niks, dus het zullen wel kikkers of watervogels in het kratermeer zijn geweest. We lopen nog een laatste keer naar de lookout om de grootste koala gedag te zeggen. Die zit nog steeds te maffen op dezelfde tak.

PICT3195b_resizeHet is hierna nog maar 50km naar Port Fairy, dus daar zijn we zo. Het plekje ziet er op het eerste gezicht al gezelliger uit dan Robe. Ons motel ziet er gezellig uit. Het zit in een oud pand uit 1847, dat altijd al een hotel is geweest. Het menu van het restaurant spreekt ons echter niet zo aan, dus lopen we het stadje in. We besluiten te gaan eten bij een Aziatisch restaurant. Dat is een goede keus, want het is smullen!

Morgen gaan we de omgeving hier verkennen. We verblijven hier maar twee nachten, dus hopelijk is één dag rondkijken genoeg.

Klik op foto’s voor grotere weergave!