Maandag 8 november 2010

DSCF0271_resizeVan Robe naar Halls Gap

We worden wakker in een zonnig Robe. Jeroen geniet van een laatste kopje regenwater-thee in de ochtendzon. Voordat we uitchecken bij ons motel, gaan we eerst naar de bakkerij voor een ontbijtje. Daar valt ons weer op dat er aardig wat jongeren hier blootsvoets lopen. Vreemd verschijnsel. Van Nieuw-Zeeland herinneren we ons zelfs nog bordjes met “No barefoot” erop.

Daarna stappen we in de auto naar onze volgende bestemming: Grampians  National Park, een berggebied dat enkele honderden kilometers landinwaarts ligt.

Onderweg hebben we een aantal stops. De eerste is die van de Tantanoola Cave, een dolomiet druipsteengrot, die in de jaren dertig bij toeval werd ontdekt door een boerenzoon, die met zijn fret op konijnenjacht ging. Tegenwoordig loop je met de gids zo door een deur de grot in en na een korte uitleg van de gids mag je er zelf nog wat rondlopen. Het is geen lange grot, maar meer een grote zaal die helemaal “versierd” is met stalagmieten en -tieten in variërende kleuren. Erg mooi.

De volgende stop is Mount Gambier. In de omgeving van deze plaats was voorheen veel vulkanische activiteit. Je kunt er een aantal kratermeren bezoeken, waaronder Blue Lake, dat nu voorziet in een groot gedeelte van de drinkwatervoorziening van de regio. Het meer verandert ieder jaar van kleur. In de wintermaanden is het grijsblauw en in het voorjaar wordt het turquoise. Co ziet er ook nog een wallaby langs de kant van de weg zitten.

DSCF0279_resizeVerder is er midden in het centrum de Cave Garden, een zogenaamde sinkhole in de leisteengrond. Dit is het simpelst uit te leggen als een enorm gat in de grond, ontstaan door ondergrondse erosie. Later hebben ze op de metersdiepe boden en rondom het gat een tuin aangelegd.

We besluiten meteen te lunchen in dit stadje. Jeroen is hier en daar niet scherp meer met autorijden (we belanden bijna op de verkeerde weghelft en steken verderop nogal onhandig de snelweg over) en misschien helpt wat nieuwe energie daarbij. We nemen een broodje bij de Subway, die hier kennelijk erg populair is bij de ambtenaren. Naast wat politie agenten komt ook het ambulance personeel een lunch bestellen. Op een gegeven moment gaat hun pieper af, maar ze wachten rustig af tot hun broodje klaar is. Wij grappen al dat ze dan straks evengoed met zwaailicht en sirene weg zullen rijden, en dat gebeurt ook echt! Een spoedgeval is in Mount Gambier dus ook maar relatief. Hartaanval? No worries mate!

Even buiten Mount Gambier bezoeken we een nog veel groter gat in de grond: de Umpherston Sinkhole. Ook deze is weer aangekleed met beplanting en “gordijnen” van metershoge klimop. Erg fraai.

Daarna verlaten we de Princes Highway en buigen landinwaarts af naar de Glenelg Highway. Hier rijden we de staat Victoria in en moeten we de horloges een half uur vooruit zetten. Het tijdverschil met Nederland is nu 10 uur.

Even voorbij Coleraine zien we een bordje “Wannon Falls Lookout” en we besluiten in een split second om daar even te gaan kijken. We worden beloond met een mooie brede waterval in de Wannon rivier. Vrij onverwacht ook, omdat we al een tijdje “gewoon” tussen de groene glooiende heuvels rijden. Om het op dit stuk spannend te houden, zien we een verkeersbord dat waarschuwt voor overstekende koala’s. Langs de weg staan overal eucalyptusbomen, dus is het zaak om deze goed in de gaten te houden! Helaas kunnen we zo snel geen koalaatje ontdekken. Wel zien we een paar keer een schildpad.

Verderop buigen we noordwaarts af naar de Henty Highway. In Cavendish zien we een bord met “Scenic Alternative Route to Halls Gap”. Opnieuw besluiten we heel snel om van dit aanbod gebruik te maken en wijken daarmee af van de route die we in gedachten hadden. Het is een heel smal weggetje dat ons rechtstreeks richting de bergen voert. Inderdaad erg “scenic” en het scheelt nog 40km ook.

In de buurt van Halls Gap (onze eindbestemming vandaag) zien we opnieuw een wallaby langs de weg en even verderop staat er een heel veld vol kangoeroes. Uiteraard schieten we daar wat plaatjes van.

We vinden het motel en hier blijken ze net alle bedden aan het vervangen te zijn. Inderdaad heeft onze kamer spiksplinternieuwe bedden. Ze bieden wel excuses aan voor het rommelige aanzicht met alle oude bedden nog overal buiten op de veranda. Ook het menu in het restaurant is nieuw en dat is voor onze vriendelijke serveerster nog even wennen. We genieten van een heerlijke “roo-burger” met een lekkere rosé uit de streek.

DSCF0299_resizeOverigens is bij ons motel nog een veld vol met kangoeroes en later staan er nog herten bij ook. We vragen of dit soms een kangoeroe-boerderij is, maar nee, die staan hier gewoon in het wild. Grappig hoor! Straks nog eens kijken of hier veel sterren te zien zijn. Het is helder vanavond, nadat we onderweg een paar buitjes hadden.