Recife en Olinda

Donderdag 6 december 2018

Gisteren vergeten te vermelden dat de zee gisterochtend zo blauw was als we van de Middellandse zee kennen. Later werd dat weer groen.

We zijn op tijd wakker vanmorgen en als we de gordijnen op doen, zien we… land! We hebben de oversteek gehaald! Brazilië is in zicht.

Na het ontbijt nemen we nog wat foto’s vanaf ons balkon, terwijl het schip de haven van Recife in draait. Het is ontzettend warm, zeker in de zon. Zo ’s morgens vroeg al 28 graden. We smeren ons maar goed in en de petjes gaan op. De horloges, ringen en kettinkjes blijven in de hut achter, gelet op het gevaar van zakkenrollers.

Om 9 uur is het verzamelen voor de excursie. We zijn ruim op tijd, maar het duurt helaas nogal lang voordat we het schip af mogen. Als we eenmaal buiten zijn, snappen we waarom. De excursie bussen staan hier niet al klaar op de kade, maar iedereen moet eerst met shuttle bussen naar het terminal gebouw gebracht worden. Als we daar eenmaal zijn aangekomen, wacht aan de voorkant van de terminal onze excursie bus nummer 6.

Het is opnieuw even wachten tot de groep compleet is en dan vertrekken we.Eerst rijden we een stuk door het centrum van Recife. Dit is een grote havenstad met circa 2 miljoen inwoners. We zien een groot verschil tussen armen rijk. Het voelt voor Jeroen alsof hij een aflevering van Spoorloos is binnengereden. Het centrum ligt op drie eilanden tussen twee rivieren, die in de oceaan uitmonden. Voor de kust ligt een groot rif, waar de stad zijn naam aan dankt. Door de vele bruggen over de rivieren wordt de stad ook wel het Venetië van Zuid-Amerika genoemd. Aan de rivier zien we her en der nog wat houten vissershutjes op palen staan.

We rijden door naar de wijk Boa Viagem (vertaald: goede reis). Als je hier woont, heb je inderdaad een goede reis gehad, volgens de gids, want dan heb je veel rijkdom vergaard. Hier staan hoge gebouwen met luxe appartementen, pal aan het strand. We stoppen er een tijdje voor wat foto’s. De gids vertelt dat het zeewater hier lekker warm is, in tegenstelling tot het koude water bij Rio de Janeiro. En inderdaad, het water voelt heel warm aan. We kopen een paar flesjeswater om het verloren vocht weer aan te vullen en gaan dan verder met de bus.

De rit gaat nu naar het stadje Olinda. Dit was vroeger de hoofdstad van deze regio. Toen de Nederlanders in 1630 kwamen en de regio op de Portugezen veroverden, vonden ze Recife een betere plek als hoofdstad en brandden ze Olinda af. Dat is een ruïne gebleven tot in de 19e eeuw, toen rijken uit Recife Olinda herontdekten en de gebouwen restaureerden in de oorspronkelijke vroeg koloniale stijl. Inmiddels staat het stadje op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Ook het carnaval van Olinda staat op de lijst van de beste van Brazilië.

Het centrum van Olinda ligt op een steile heuvel en de straatjes hebben allemaal kinderkopjes. Daarom worden we met kleine personenbusjes verder vervoerd. Dit wordt allemaal door de stad zelf geregeld. De eerste stop is bij de kerk van het benedictijner klooster, Sao Bento. De gids vertelt in de kerk wat over de achtergronden, maar als de mis begint, moeten we echt stil zijn(terecht!) en vertelt de gids buiten in de schaduw verder.

Dan gaan we verder met de kleine busjes en rijden we naar de top van de heuvel,de Alto da Sé, waar ook de kerk Sé staat. Hier vandaan heb je een schitterend uitzicht over Olinda, de kustlijn en Recife. De katholieke kerk zelf is door de Nederlanders gebruikt als kazerne en bij de brand van 1630 verder beschadigd.We mogen van de gids nog een half uurtje rondlopen in de buurt, maar het is een beetje vaag waar we elkaar nu weer gaan treffen. Uiteindelijk is een stuk verderop een parkeerplaats, waar alweer heel veel mini busjes klaar staan. We rijden dan de steile weggetjes weer af naar beneden, waar de grote bus weer op ons staat te wachten. Aan de ene kant een beetje jammer dat we niet wat meer tijd hadden om door Olinda te wandelen. Maar aan de andere kant was dat met deze warmte waarschijnlijk erg oncomfortabel geweest.

Terug in Recife rijden we daar weer door het centrum heen, naar het Plein van de Republiek, voor een korte fotostop. Hier vinden we onder andere het standbeeld van Maurits van Nassau. In de Nederlandse tijd van 1630 tot 1654heette het hier toen Mauritsstad. Ook één van de bruggen over de rivier stamt nog uit de Nederlandse tijd, net als enkele grachtenpanden en het Fort Frederik Hendrik.

De laatste bestemming vandaag is het Huis van Cultuur. Dit is een voormalige gevangenis, die nu omgebouwd is tot een soort winkelcentrum voor ambachtslieden. In alle cellen zijn kleine winkeltjes gevestigd, met borduurwerk, houtsnijwerk, juweliers, en de nodige souvenirwinkeltjes. Helaas kunnen we geen leuke pluchen beestjes vinden. Dat komt dan hopelijk wel op één van de volgende Braziliaanse bestemmingen.

Om 14:30 uur gaan we de bus weer in, terug naar de haven. Het verkeer is hier hectisch, dus de rit verloopt langzaam. Onderweg zien we nog wat meer van het oude centrum van Recife. Het is inmiddels bij wet verboden om monumentale panden af te breken en men probeert het centrum weer aantrekkelijk te maken voor bewoners.

Eenmaal bij de haven moeten we weer overstappen op de shuttle bussen en dan kunnen we eindelijk aan boord voor de lunch! Daar tanken we ook maar wat cola bij, want de flesjes water zijn alweer verdampt.

We komen even bij op ons balkon, waar het met een windje van zee goed uit te houden is. Co leest zijn boek uit en dan gaan we al weer richting diner.

We hebben een leuke eerste indruk gekregen van Brazilië. Morgen onze tweede bestemming hier: Maceio.