Maandag 1 augustus 2011

DSCF2038_resizeArta en zwembad

Vandaag is onze laatste hele dag hier in Griekenland. Morgen moeten we vroeg op het vliegveld zijn en kunnen we helaas niet genieten van het uitgebreide ontbijtbuffet. Dus we nemen het er maar weer van. Echter de zogenaamde jus d’orange is wel erg sterk. De refills zullen bestaan uit half jus en half water, maar verder is het weer smullen.

We rijden naar Arta, in het verleden de “hoofdstad” van deze regio (nu is Ioannina dat). Dit neemt ongeveer 50 minuten in beslag. Daar bekijken we eerst een grote brug waar een legende aan hangt. Het verhaal gaat dat de bouwer er maar niet in slaagde de brug gebouwd te krijgen. Na diverse mislukkingen fluisterde een vogeltje hem in dat hij zijn vrouw moest offeren en dan zou het wel lukken. De bouwer zou zijn vrouw in de brug hebben ingemetseld. Waar of niet waar, maar er is in het verleden wel een scan van de brug gemaakt om te kijken of er menselijke botten in terug te vinden zijn.

We rijden door naar een parkeerplaats om verder het centrum van Arta in te gaan te voet. De stad heeft een uitgebreid winkelhart en we komen natuurlijk weer diverse kerkjes tegen. Ook een overdekte markt waar groente en fruit verhandeld wordt. Het is uitverkoop, maar we zien eigenlijk niets wat we zouden willen kopen. We lopen wel langs een fastfood zaak dat iets weg heeft van de formule van Mac Donalds. Echter de frietjes gaan in een aardewerken bakje en niet in een kartonen doosje. Later zullen we daar even stoppen voor een snelle lunch.

P1010455_resizeWe lopen door naar wat op de kaart als een oud kasteel wordt aangegeven. Jeroen heeft in een boekje gelezen dat binnen de kasteelmuren een oud paleis als hotel zou worden gebruikt, maar die info blijkt ook al heel lang over datum. We treffen een verlaten gebouw aan waar je nog niet dood gevonden zou willen worden. Van het kasteel is ook weinig over dus we zijn enigszins teleurgesteld over deze steenresten verzameling. Er vinden wel werkzaamheden plaats, maar met welk doel is voor ons niet duidelijk.

We gaan terug richting  auto met de voorgenomen tussenstop voor een late lunch. Vervolgens rijden we terug naar het hotel. We voelen ons voldaan en willen gewoon even bijkomen bij en in het zwembad. Het waait lekker en het is er dus weer goed uit te houden.

Voor het diner gaan we naar hetzelfde restaurant als gisteren. Dat was ons goed bevallen en spotgoedkoop. Dat het ons bevallen was, komt omdat de kwaliteit toch erg goed was. We worden hartelijk ontvangen en we hoeven niet meer uit te leggen dat we niet alles wat we bestellen samen op tafel willen. Dat gebeurt in Griekenland regelmatig waardoor in reisgidsen vaak wordt aangeraden steeds per gang te bestellen. Ook nu smaakt het weer goed en we hebben gezelschap van twee lieve katten die heel voorzichtig de stukjes vlees uit onze handen happen. Aaien vinden ze niet fijn, maar dat vergeven we ze. Liever dat ze voorzichtig zijn.

DSCF2043_resizeNa het eten gaan we direct terug naar het hotel. Het is ondertussen half 9 en we willen zo ook vast de koffers op orde brengen en niet te laat gaan slapen. Rest dus nog de terugreis. We lopen wat herinneringen door en we hebben vast nog dingen vergeten te vertellen.

Morgen naar huis…. Ach het heeft ook zijn voordelen. Terug bij onze schatten van katten, bereidbare wegen zonder al dat gekronkel, en….. het toiletpapier mag weer gewoon in de wc-pot.

We hebben genoten en hopelijk onze lezers ook, die we bij deze bedanken voor hun aandacht.

Zondag 31 juli 2011

DSCF1980_resizeNikopolis, Zalongo en Kassope

Vanmorgen worden we uitgeslapen wakker in Preveza. We hebben eindelijk eens een bed met een matras die niet zo Grieks hard is. Het ontbijtbuffet ziet er uitgebreid uit. Ze hebben zelfs mini-oliebolletjes! Doe daar maar een hele zak van, haha!

We gaan vandaag eerst de opgravingen van de oude Romeinse stad Nikopolis verkennen, die hier heel dichtbij liggen. De hoofdweg vanuit Preveza gaat er zelfs een stuk doorheen. Nikopolis werd gesticht door keizer Augustus (toen nog Octavianus) ter gelegenheid van de overwinning in een zeeslag op Cleopatra en Antonius. Het opgravingsgebied strekt zich over een hele oppervlakte uit. Ooit woonden er 300.000 mensen. De apostel Paulus schreef er zijn brief aan Titus in de winter van 64. Vooral van de oude dikke stadsmuren staan nog hele lange stukken overeind, met ook de poorten er nog in. Verder vinden we in de vroeg-christelijke basiliek een aantal gave vloermozaïeken. Deze zijn dan met een afdakje en wat kettingen beschermd. Op de rest van vloer van de basiliek ligt grint, met kennelijk een beschermdoek eronder. Want ook daaronder liggen mozaïeken. Maar op veel plekken hebben mensen met hun schoenen een stuk opengeschoven. Niet zo handig van de conservatoren. Er is namelijk verder geen bewaking aanwezig op het terrein, in ieder geval vandaag niet. Verderop vinden het we het Odeon (een soort theater), maar helaas zit het hek dicht vanwege instortingsgevaar. Van hieruit lopen we door naar de westpoort in de Romeinse muur. Het gebied hier is inmiddels in gebruik als landbouwgrond. Wat zouden die Romeinen gedacht hebben, als je toen zei dat er over 2.000 jaar tomaten en citroenen zouden groeien? We lopen weer terug naar de auto en rijden een stukje verder naar het amfitheater en het stadion. Helaas is ook het amfitheater afgesloten wegens instortgevaar. Het ziet er ook niet zo gaaf uit als in Dodoni. Hier in de buurt staat ook het monument voor keizer Augustus. Daar lopen we heen, een heel stuk bergop, en… wéér een afgesloten hek! Potverdikkie! Maar er zit wel een heel lief hondje bij het hek, wat de vergeefse klim weer een beetje goed maakt.

DSCF1928_resizeEven een tussendoor-verhaaltje: er zijn hier veel (zwerf)honden die gewoon los langs de weg lopen. Toen we vorige week onderweg naar Kalambaka reden, remden we af voor een soort Sint-Bernhard op de weg. Maar eenmaal dichterbij kwam hij al blaffend op de auto af en sprong er gewoon tegenaan. Gelukkig leek hij zich niet te hebben bezeerd en wij waren blij dat we in een afgesloten auto zaten!!

Terug bij de auto hebben we natuurlijk behoorlijke dorst gekregen. We rijden een stukje terug naar een taverne, waar veel Grieken op de zondag even bij elkaar komen voor een kletsje. Wij nemen ieder twee cola en baren verder opzien met het uitgebreid fotograferen van de huiskatten.

Dan rijden we nog verder terug naar het (nieuwe) museum over Nikopolis. Je kunt er meer vinden over de geschiedenis van de stad en natuurlijk veel vondsten zien, zoals beelden, vazen, munten en sierraden. Het is er niet druk, behalve één man zijn we de enige bezoekers. Bij de opgravingen zelf waren trouwens ook maar heel weinig mensen.

Hierna rijden we naar het dorpje Zalongo, waar bij het klooster een monument is opgericht ter nagedachtenis van de vrouwen van Zalongo. In 1803 vluchtten de vrouwen met de kinderen voor de oprukkende Turken. Ze raakten echter ingesloten en beklommen toen de rotsen boven het klooster. Toen hun munitie op was, besloten ze dat hun vrijheid belangrijker was dan hun leven. Ze gingen de syrtos dansen en slingerden zichzelf zo één voor één over de rand van de rotsen. Eleni stortte zich als laatste naar beneden. DSCF1995_resizeOpnieuw een heftig verhaal over de vrijheidsstrijd van de Grieken, dus! Het monument bestaat uit een groep steeds groter wordende witte beelden, bovenop de rotsen. De beelden worden nu gerestaureerd, omdat de (stalen) constructie door blikseminslag en verwering nogal te lijden heeft gehad. We maken daarom niet de klim van 400 treden naar boven.

Vlakbij Zalongo liggen de opgravingen van de oude Griekse stad Kassope. De stad werd ontworpen in de vorm van het sterrenbeeld Cassiopeia. Hier staat niet zoveel meer overeind als in Nikopolis. We herkennen een theater en een groot (markt)gebouw met 17 kamers. Verderop kunnen we nog een ondergrondse graftombe in uit de Myceense tijd. Vanuit Kassope heb je een schitterend uitzicht over de Ionische zee, Preveza en de Ambrakische golf. In de verte kun je ook de bergen van Lefkas zien.

Hierna vinden het mooi geweest voor vandaag en rijden we terug naar het hotel. Het is dan al half 4 en dus tijd voor een late lunch aan het zwembad. Dit keer geen chips bij de tosti, maar dat mag de pret niet drukken. Het is weer lekker badderen en luieren hier.

Vanavond eten we weer in de stad. Omdat we wat later zijn dan gisteren, is het er nu een stuk drukker. Er zijn zelfs weer wat winkels open. We kiezen een taverne uit aan de boulevard en dit keer krijgen we het voor elkaar dat we een hele tijd rust tussen de gangen door krijgen. Het eten smaakt goed, het uitzicht is prima en het wordt steeds gezelliger in de stad. Er is zelfs nog wat livemuziek aan het begin van de boulevard. Dat lijkt meer op een optreden van de plaatselijke scholieren, want de stemmen klinken niet heel zuiver…

P1010417_resizeIn het hotel nog even een belevenisje: er vliegt een paar keer een vleermuis over ons heen als we door de gang naar de kamer lopen. Jeroen vindt dit natuurlijk weer zielig en probeert het beestje naar buiten te dirigeren. Het lijkt in eerste instantie niet zo te lukken, maar even later heeft hij kennelijk toch de open schuifpui ontdekt.

Morgen alweer onze laatste vakantiedag hier!

Zaterdag 30 juli 2011

P1010304_resizeTerug naar de kust

Jeroen heeft gisteren twee routes bekeken om van Kalambaka naar Preveza te rijden. Het verschil in kilometers was niet zo groot, maar de ene route zou ongeveer 2 uur en 45 minuten duren en de andere 7 uur en 15 minuten. Tja, wat een verschil. De tweede route gaat dwars door het Pindos gebergte met veel draaiwerk, terwijl de eersteroute een groot stuk over de snelweg gaat.

We besluiten toch maar de korte verzie te nemen want ruim 7 uur in de auto lijkt ons wel erg veel.  We gaan op weg en moeten eerst een stuk terug rijden wat we op de heenweg naar Kalambaka al gereden hadden. We genieten nog wel van het uitzicht en hebben weer regelmatig een Griekse plakker achter ons. Het is vaak onduidelijk hoe hard je nou eigenlijk mag rijden, dus houden we maar aan wat de Nokia aangeeft. Regelmatig klinkt de waarschuwing dat we te hard rijden terwijl we ingehaald worden door de lokale bevolking. Die borden langs de weg, voor zover die er al staan, doen meer dienst als tentoonstelling dan aan informatie-voorziening.

Dan passeren we de afslag waar we een paar dagen geleden vanaf kwamen, maar nu gaan wij rechtdoor. We zien een bord staan dat de Kastraka pas is afgesloten. We kijken elkaar aan want nu zitten we ons te bedenken dat die misschien al gesloten zou kunnen zijn toen wij daar vrolijk over het slechte wegdek aan zijn komen rijden…. Bord niet gezien, maar andere weggebruikers…. We weten het niet zeker of we anderen nog gezien hebben, wel dat het in ieder geval erg rustig was.

DSCF1894_resizeDe snelweg voert ons door vele en ook regelmatig hele lange tunnels. Soms zit er maar een meter of 50 tussen de tunnels dat je even het daglicht ziet. Jeroen ziet op de snelweg regelmatig een bord staan met een plaatje van een ouderwetse camera. Hij denkt even dat het gaat om een uitzichtpunt waar je een mooie foto kunt maken, maar het gaat natuurlijk om snelheidscontroles! We maken een sanitaire stop als we daar eindelijk de kans toe krijgen. Eenmaal op de snelweg, kom je er niet makkelijk meer af.  Bij een benzinestation is een restaurant waar we een cola bestellen met een spanakopita.

We gaan weer verder en het is niet ver meer. Opeens bedenkt Co zich dat hij vergeten is een bord in Kalambaka te fotograferen. Daarop werd een hotel aan gegeven met “swimming pool with filter”. Tja terugrijden is geen optie meer. Ook bedenkt hij dat hij vergeten was in het verslag te zetten dat als je het Zagoria-gebergte in gaat voor een paar dagen, dat je wel geld moet meenemen want een geld-automaat hebben we niet gezien. Dat hadden we gelukkig gedaan. Zo komen er weer wat gedachtes boven als je in de auto zit.

We vinden het hotel met gemak. De kamer is beschikbaar en we halen de koffers uit de auto. Op het terras van het hotel nemen we een tosti die geserveerd wordt met wat chips (zoals uit de zakken van Lays) en een cola. We bespreken wat we zullen gaan doen. We besluiten om eerst te gaan zwemmen en dan naar het centrum van Preveza te gaan voor een diner.

Het hotel beschikt over een flink zwembad, geschat 25 meter lang en het diepste punt is 3,50 meter diep. Alsof hier zwemles gegeven moet worden. Het is rustig maar het waait wel flink. Het water is lekker en we trekken een aantal baantjes schoolslag.

DSCF1892_resizeRond 4 uur komen we in het centrum van Preveza . Te vroeg, want de stad maakt een werkelijk uitgestorven indruk. Winkels zijn overwegend dicht, maar we maken toch een rondje door het oude deel van de stad. We beginnen rond 5 uur toch wel trek te krijgen en om 6 uur strijken we neer op een terras om wat te eten. Hier worden we op beruchte griekse wijze geserveerd. Het voorgerecht is nog amper aangesneden of de hoofdmaaltijd wordt er naast gezet. Dooreten dus.

We nemen een ouzo toe en krijgen nog een schaal meloen van het huis. Genoeg om een heel gezin mee te voeden dus het gaat niet allemaal op. We rekenen af en lopen een laatste rondje langs het water, slaan wat cola in en gaan naar het hotel. Het balkon bij onze kamer ligt nu in de schaduw en is een heerlijke plek om uitkijkend op Preveza even lekker bij te komen en te lezen.

Vrijdag 29 juli 2011

DSCF1793_resizeAan de mousaka in Kalambaka

Vanmorgen rijden we na het ontbijt weer omhoog naar Meteora, om de resterende drie kloosters daar te bezoeken. We beginnen bij Agia Triada, omdat we daar 140 treden omhoog moeten lopen. Dat kunnen we beter maar meteen gehad hebben, dachten we, nu het nog ’s morgens nog wat koeler is. Vanaf de parkeerplaats loop je trouwens eerst een heel stuk naar beneden (eigenlijk is het hoogteverschil tussen parkeerplaats en het klooster niet zo groot maar je moet eerst een dal in) en dan begin je pas aan de 140 treden omhoog. Dus die helling moeten we bij het verlaten ook nog eens terug omhoog lopen! Uiteindelijk blijkt de klim nog best wel mee te vallen. Dit klooster figureerde in de James Bond film For Your Eyes Only, maar ik kan het fragment zo snel niet terugvinden op YouTube. Misschien dat iemand anders een goede link op ons weblog kan achterlaten? Vanaf de achterkant van het klooster heb je een schitterend uitzicht op Kalambaka en de omliggende vallei en de bergen daar weer achter. Dit is het enige klooster dat je vanuit Kalambaka kunt zien liggen. We spotten ons hotel met de nieuwe verrekijker die Co voor zijn werk-jubileum heeft gekregen.

P1010278_resizeDe volgende stop is het meest oostelijk gelegen klooster: Agia Stephanou. Dit is een nonnenklooster en dat kun je meteen zien aan de mooie tuintjes die er overal zijn. Daar hebben nonnen kennelijk toch meer gevoel voor dan monniken. Het is hier al best druk met een paar bussen toeristen. Dat komt ons dit keer goed uit, want we moeten nu een briefje van 50 euro stuk zien te slaan voor de toegang van 4 euro. Gelukkig maakt ze er geen probleem van. In de klooster-shop kopen we een wat uitgebreider boekje van de Meteora kloosters om er nog eens wat over te kunnen lezen en om wat afbeeldingen te hebben van de mooie schilderingen in de kerken en musea van de kloosters. Daar mag je namelijk niet fotograferen. In de kloostertuin komt opeens uit een regenafvoer een katje gesneld. Iedereen die het ziet, kijkt verbaasd hoe dat nou kan. Buiten op de parkeerplaats is er nog een andere lieve poes die zich even laat aaien. Tja, lezers, wij komen nou eenmaal ook een beetje voor de katten naar Griekenland!

P1010269_resizeWe hebben wel weer trek in een tosti en rijden daarom naar de parkeerplaats van het Varlaam, waar we gisteren twee tosti’s hebben gegeten. De hele kraam blijkt er echter niet te staan, dus gaan we toch maar gewoon naar het laatste klooster: Agia Barbara Roussanou. Ook dit is een nonnenklooster. Op de parkeerplaats zagen we hier eergisteravond vier zwerfkatjes bij de vuilcontainers en we zijn blij om te zien dat de twee kleintjes er in ieder geval nog steeds zitten. We schenken wat water in één van de bakjes die een man daar toen voor de katjes had neergezet en ze beginnen er meteen wat van te drinken. Voor dit klooster moeten we overigens ook een beste klim maken en over een heel eng houten bruggetje naar de deur. Vooral bij dit klooster valt het ons op dat je als bezoeker maar een heel klein deel van de gebouwen mag bekijken. Vanaf een afstand zagen we dat het complex heel groot is, maar binnen zijn we er snel uitgekeken. In het kleine kerkje staat een groep Duitste toeristen met gids, maar die is zo lang bezig dat Jeroen het op een gegeven moment niet kan laten om zich door de menigte naar binnen te drukken met een paar keer “Entschuldigung”. Dat was dan ook meteen het einde van de uitleg van de gids… Buiten zien we nog twee nonnen bezig met de bijenkasten van het klooster. De potten honing die ze verkopen zijn alleen een beetje te groot voor in de koffer.

Voor de lunch rijden we terug naar Kalambaka en we nemen weer een pita gyros bij hetzelfde tentje als eergisteren. Vandaag kunnen we in de schaduw op het terras zitten. Daarna besluiten we om een wat langere break te nemen op de hotelkamer. Jammer genoeg zit er bij dit hotel geen zwembad. Dus mocht je een keer naar Meteora willen gaan in de zomermaanden: boek een hotel met zwembad! Als we wakker worden van het middagdutje blijkt er zowaar een buitje te vallen. Het stelt niet veel voor en al snel schijnt de zon weer.

DSCF1857_resizeDeze avond gaan we eten bij – heel toepasselijk -restaurant Meteora, aan het centrale plein. We nemen weer de tzatziki en de saganaki’s vooraf en als hoofdgerecht de mousaka en de pastitio, met een salade erbij. Ze blijken net een lokale rosé op de kaart te hebben gezet, dus daar nemen we dan maar een fles van. Het eten is onwijs lekker en we genieten volop. Als toetje krijgen we een citroenpudding van het huis. We lopen nog een rondje door de stad en kunnen het dan toch niet laten om nog een bolletje ijs te halen. Het is vrijdagavond en dat kun je merken. Het is nu een stuk drukker en alle Grieken trekken er met het gezin op uit. De rotswanden waar Kalambaka tegenaan ligt zijn mooi verlicht en het lukt Co om er een paar mooie foto’s van te nemen.

Morgen alweer naar onze laatste bestemming: Preveza

Donderdag 28 juli 2011

DSCF1602_resizeClose encounters of the Kloosters, part 1

We worden wakker in een zonnig Kalambaka. Iedereen is al vroeg op om naar de zes kloosters op de rotspunten te gaan, inclusief de groep lawaaierige scholieren die vandaag gelukkig uit het hotel vertrekken. We zijn zo’n beetje de laatsten bij het ontbijt beneden, dat er hier OK uit ziet. Dit keer weer eens roerei op het buffet.

We rijden via de oostkant de bergen in (tip van het VVV hier), omdat de westroute vrij druk kan zijn met grote touringcars. We beginnen bij het verst gelegen klooster: Megalo Meteoro, of Metamorphisis. Er zijn al de nodige auto’s en bussen boven, maar we kunnen nog makkelijk een plekje in de berm vinden. Om het nog lastiger te maken, zijn ze hier ook nog met de weg bezig. Er staat een lekker windje boven in de bergen en dat is fijn, want vandaag wordt het weer zo’n 34 graden. We genieten eerst even van het uitzicht, en verwonderen ons over de plek waarop dit klooster staat. Tegenwoordig kun je met een brug en een paar trappen het klooster beklimmen, maar vroeger moest je als pelgrim in een netje opgetrokken worden aan een touw… Er is nog wel een goederenliftje in gebruik, wat regelmatig heen en weer gaat. Ze zijn nog aan het (ver)bouwen in het klooster. Later zien we dat een priester met hetzelfde open bakje naar de overkant gaat. Niet echt ARBO-conform, zullen we maar zeggen…

P1010041_resizeAls we boven komen, betalen we de toegang van 2 euro per persoon en mogen we naar binnen. We hebben lange broeken aan en bedekte schouders, dus dat is in orde. Het klooster bestaat al sinds halverwege de 14e eeuw en deze plek werd door de oprichter Meteora genoemd, wat “zwevend in de lucht” betekent (denk aan meteoor). Gaandeweg werd het steeds verder uitgebreid met o.a.  een tweede kerk en een ziekenboeg voor de oudere monniken. Tegenwoordig is daar het museum met veel oude manuscripten en heel fijn houtsnijwerk. Er staat ook wat traditionele klederdracht tentoongesteld en er is een zaal met alle Griekse oorlogshelden door de eeuwen heen. Uit alles blijkt de overlevingsdrang van de Grieken tegen de vele overheersers en dan met name de Turken. Het schijnt zo te zijn dat deze kloosters een belangrijke rol hebben gespeeld in het bewaren van de Griekse identiteit door de eeuwen heen. In de kerk en in de gebouwen vind je mooie schilderingen en fresco’s, waarvan je binnen helaas geen foto’s mag nemen. Verder kun je nog een kijkje nemen in de oude keuken, de wateropslag plek met een gigantisch houten vat en de kelder met allerlei handgemaakte gereedschappen. Op de binnenplaats scharrelen twee lieve katjes rond, waarvan er eentje een achterpoot mist. Ze zien er gelukkig wel goed verzorgd uit.  En natuurlijk kun je op verschillende punten genieten van het mooie uitzicht over de omgeving en het dorpje Kastraki beneden.

Als we hier uitgekeken zijn en weer beneden aankomen, zien we dat het inmiddels een heel stuk drukker is geworden. Er is een enorme verkeerschaos, met kerende bussen, ongeduldige automobilisten en onhandig geparkeerde Franse campers. Gelukkig staat onze auto nog ongeschonden in de berm. We hadden al een beetje verwacht dat het bij dit grootste klooster het drukst zou worden, dus vandaar dat deze als eerste op het programma stond. Naar het volgende klooster kunnen we wel lopen, dus laten we auto rustig nog even staan.

Het Varlaam klooster werd gesticht in 1517. Ook hier is weer het nodige te zien aan relieken, fresco’s en fijn houtsnijwerk. De kerk staat helaas vol met een grote groep Franse toeristen met gids, dus daar konden we niet zo vrij om ons heen kijken. Buiten het klooster eten we een paar tosti’s, waar meteen een kat en later een vrij grote hond op af komen. Gelukkig is de hond niet al te opdringerig en neemt hij genoegen met een paar kleine stukjes tosti.

Als laatste staat voor vandaag op het programma het klooster van de Heilige Nicolaas Anapafsas. Ook dit klooster is opgericht in de 16e eeuw. Het ligt iets lager, langs de weg terug naar Kalambaka, dus we gaan eerst de auto ophalen. Gelukkig kunnen we makkelijk omdraaien en ons plekje wordt meteen ingepikt door een andere auto. Voor dit klooster moeten we een aardige klim maken, met veel trappen. Het liftje mogen we helaas niet gebruiken, haha! Maar goed, voor een klooster dat naar Co is vernoemd, moet je natuurlijk wat over hebben. De monnik boven is niet echt vriendelijk en snauwt nog even dat we geen foto’s mogen maken. Buiten de gebouwen mag dat natuurlijk wel.

Beneden stappen we weer in de auto en rijden naar Kastraki, het dorpje naast Kalambaka. Daar nemen we de afslag naar het centrum en tanken eerst bij met een colaatje. Dan rijden we een klein stukje door naar Agia Georgios Mandilas, een grot hoog in de rots met een klein kapelletje erin. Ieder jaar klimmen jongeren omhoog naar de grot om daar sjaals en vlaggen op te hangen, als teken voor goede gezondheid.

Dan rijden we naar ons hotel om even bij te kunnen komen van alle indrukken. Een paar uur later lopen we Kalambaka in en gaan we kijken in het oudste gedeelte van de stad. Dat blijkt natuurlijk weer heuvelop te liggen, dus al snel is het weer puffen geblazen. Voor de oude byzantijnse kerk vragen ze een toegangsprijs, en daar hebben we nou gewoon even geen zin meer in. Dus lopen we via wat andere P1010102_resizestraatjes terug naar het centrum en zoeken een pizzeria op. Jeroen kan het niet laten om toch een voorgerecht te nemen en die heeft dan ook moeite om de pizza op te krijgen. Maar na een ouzootje past er ook nog wel een bolletje ijs bij… Tonnetjerond rollen we terug naar hotel.

Morgen de resterende drie kloosters van Meteora op het programma.

Woensdag 27 juli 2011

P1000964_resizeVan Koukouli naar Kalambaka

Wie in het hoogseizoen op vakantie gaat, maar niet de drukte van toeristische gebieden wil, kan gerust naar het Zagoria gebergte gaan. In Koukouli waren we 2 nachten de enige gasten en ook op de wegen is het niet druk. Hou er dan wel rekening mee dat tavernes vaak geen complete kaart bieden maar per avond een paar gerechten op het menu hebben. Volgens het meisje van ons logeeradres is het in de winter wel druk in dit gebied. Wat men dan daar te zoeken heeft, weten we niet, want ons lijkt het toch geen lekker gebied als er sneeuw ligt en er is ook geen skigelegenheid in de buurt.

Na het ontbijt gaan we inpakken. Dat neemt een klein kwartiertje in beslag en we leveren de sleutel in. Jeroen heeft de route al in de Nokia telefoon (lijkt ondertussen wel of ons blog gesponsord wordt) gezet en daarbij een enkele tussenstop ingevoegd.

De eerste komt al snel en is een punt waar we bijna elke dag langs gereden zijn maar nooit gestopt om een foto te maken van Koukouli. Dat dan nu maar even doen. De zon staat ook gunstig.

De rit gaat ongeveer 4 uur duren en we genieten van de omgeving, de bergen en de dalen; het stijgen en het dalen. We komen langs een groot stuwmeer in de Aoos rivier. Erg mooi om te zien en terwijl we er omheen rijden maken we meerdere keren een stop. Zo komen we ook langs een strandje dat geheel is ingenomen door een kudde koeien. Even de hoeven koelen in het water.

P1000984_resizeDe weg kent diverse gradaties van kwaliteit. Kleine stukken mooi asfalt, een groot deel middelmatig asfalt en zo nu en dan stukken verzakte weg die leiden tot een wegversmalling of zelfs een keer het uitwijken naar een brede grindberm omdat het asfalt even meer weg heeft van een twee-treden trap dan een bereidbaar wegdek.

Rond 2 uur rijden we Kalambaka binnen en voor we het weten zijn we ons hotel voorbij gereden. Dus na even navragen, rijden we terug en vinden het hotel. We kunnen al snel de kamer in maar internet is er nog niet vanwege een storing. We gaan het stadje in op verkenning en komen langs een internet cafe. Daar maken we even gebruik van om de achterstand van onze verslagen weg te werken. We hebben alles op een usb-stick bij ons en het plaatsen is dan ook al snel klaar. Verder het stadje door waar het goed warm is. Het is ongeveer 34 graden hier en volop zon.

We nemen een pita-kip-gyros met een drankje en lopen weer verder. Er zijn veel fonteinen in deze plaats, zelfs een kunstmatige brede waterval. Voelt fris aan, dat opspattende water. Als we buiten het interessante gebied komen, keren we om, lopen nog even het VVV binnen voor wat informatie en gaan dan even bijkomen in onze hotelkamer voor we gaan eten.

Na het diner gaan we met de auto richting de kloosters om boven de zon onder te zien gaan. We kunnen nog een paar mooie foto’s maken met mooi zonlicht. We komen op een plek aan waar je een mooi uitzicht hebt en het is er nog niet zo druk, totdat er een bus aankomt en leegstroomt. Tja, dan is het best eDSCF1560_resizeen beetje dringen op een rotspunt waar je zeker niet op moet gaan staan als je flink gedronken hebt. Maar het schept wel een bijzondere sfeer om met zoveel verschillende nationaliteiten op deze plek te staan. De zon gaat onder en we rijden terug naar het hotel om onderweg nog even te stoppen voor 4 scheten van katjes die net iets van iemand te drinken hebben gekregen. Het gaat ons wel aan het hart, maar we rijden na een paar foto’s verder.

Morgen gaan we de kloosters zelf bekijken en kunnen dat in 2 dagen doen. Kalinichta!

Dinsdag 26 juli 2011

P1000874_resizeEen brug te ver

Vannacht weer eens iets anders meegemaakt dan vechtende katten in de buurt, namelijk een stel honden dat over de bergen heen naar elkaar toe zit te blaffen. Gelukkig kunnen we er wel van slapen, maar op een gegeven moment ben je het wel zat.

We worden wakker in een grotendeels bewolkt Koukouli. De temperatuur is nog wel lekker, goed voor de korte broek. Bij het ontbijt zijn we vandaag de enigen en dat zal morgen ook zo zijn. Het blijkt dat deze bestemming vooral buiten de zomer populair is. Nu zit iedereen aan het strand, zegt het kamermeisje.

We beginnen vandaag met een wandeling vanuit Koukouli naar de Vikos kloof. Volgens het bordje duurt dat ongeveer 20 minuten. Het pad is echter al heel snel overwoekerd met grote brandnetels, dus draaien we maar gauw om en rijden met de auto naar beneden. De wegen zijn hier nog steeds verwarrend, want opnieuw rijden we verkeerd. We komen wel bij een mooie oude stenen brug uit, met één boog, maar niet die we voor ogen hadden. Een klein eindje verderop vinden we de meest bekende brug van deze streek, de Kalogeriko brug bij het dorpje Kipi, met drie bogen. Vanaf de eerste brug die we twee dagen geleden al gezien hadden, kunnen we langs de rivierbedding in een half uur lopen naar de tweebogige (is dat een woord?) Missios brug uit 1748. Van hieruit kun je met oude trappen langs de rotswand omhoog naar Koukouli. Op deze manier heeft men vroeger alle bergdorpen weten te verbinden over de rivieren heen. Wij lopen weer terug naar de auto en gaan op weg naar de volgende bestemming: uitzichtpunt Beloi.

We slingeren met de auto omhoog naar het hoogst gelegen dorpje Vradeto, op 1.450 meter. Hier lijkt de tijd echt stil te hebben gestaan. We worden van harte welkom geheten door twee lieve katjes. Opeens begint het een beetje te regenen en schuilen we met de katten bij de kerk. Het loopt tegen lunchtijd, dus we gaan proberen hier iets te eten te vinden voordat we naar het uitzichtpunt gaan P1000922_resizewandelen. We vinden één restaurant waar een oud mannetje naar een Grieks-orthodoxe mis zit te kijken op TV (een grote Philips flatscreen, dat dan weer wel). Deze man spreekt totaal geen andere talen, dus met handen en voeten bestellen we wat souvlaki’s en patat. Cola is ook voorhanden. De souvlaki’s smaken prima, maar de patat zit tussen gekookte aardappels en gebakken friet in. Baggervet, maar toch wel enigszins smakelijk.

De wandeling naar uitzichtpunt Beloi voert ons omhoog door mooie alpenweiden waar nog verschillende bloemen bloeien. Er staat dan ook een hele batterij bijenkasten langs het pad. Oh ja, hadden we al verteld dat we hier de hele tijd ontzettend veel vlinders zien? Aan het einde van de wandeling klimmen we over een rotspartij heen en worden we beloond met wel het mooiste uitzicht over de Vikos kloof en omgeving tot nu toe. Je kunt hier zowel in de diepte kijken, als in de verte, waar de top van de Smolikas berg te zien is. Een paar roofvogels vliegen over ons heen, maar we kunnen het nest op de rotswand niet terugvinden.

Terug bij de auto besluiten we om naar het openluchtmuseum in Iliochori te rijden. Onderweg komen we dan eindelijk onze eerste koe langs de weg tegen! Met kalf, nota bene. Het museum stelt niet zo heel veel voor en is totaal verlaten. Het blijkt te gaan om de verzamelplaats van een nomadenvolk, de Sarakatsani. Ze komen elk eerste weekend van augustus (we zijn dus nét te vroeg) vanuit heel Griekenland en Bulgarije terug naar deze plaats met traditionele rieten hutjes. Er staat weinig uitleg bij de hutjes en alles is alleen in het Grieks, dus we zijn er snel klaar. Behalve de twee cola hoeven we ook niks te betalen voor toegang.

DSCF1483_resizeWe rijden weer terug naar Koukouli en komen even bij op de hotelkamer. Dan gaan we voor het diner terug naar Monodendri, waar we gisteravond ook waren. Onderweg steekt er net een hele kudde geiten over, terug naar de stal. We moeten stoppen en zijn helemaal omsingeld door geiten. Het lijkt wel of we in die reclame van Centraal Beheer zitten! Het eten smaakt weer goed in Monodendri, maar we krijgen geen ouzootje bij de rekening (stelletje krenten!). Die halen we dus maar weer bij de taverne in Koukouli. Dit wordt alweer onze laatste nacht hier. Morgen op weg naar Meteora!

Maandag 25 juli 2011

DSCF1300_resizeVikos kloof

Als we wakker worden is de kamer flink afgekoeld. Omdat er geen airco is, hebben we met de ramen open geslapen. Gelukkig zijn deze voorzien van horren. De zon schijnt al op de bergtoppen en het is muisstil. Hier in de buurt zijn geen kennelijk geen krekels. Die maakten in Parga een enorm lawaai.

Het ontbijt wordt aan tafel geserveerd en is voldoende en gevarieerd. We gaan met de auto de omgeving verkennen, de omgeving rond de Vikos kloof die vermeld staat in het Guinness Book of World Records, de diepste kloof ter wereld (900 meter) met een maximale breedte van 1 kilometer.

We moeten in het begin wat oriënteren hoe te rijden en rijden dan ook een paar keer verkeerd. Dus de Nokia maar weer ingeschakeld en zo komen we op de juiste weg naP1000804_resizear Monodendri. De weg slingert lekker en het is een op en neergaan van jewelste. En of dat al niet spannend genoeg is, staan er langs de kant waarschuwingsborden voor koeien op de weg, wat je natuurlijk wat ruimer moet interpreteren. Dus hadden we eerst een schilpad op de weg, nog prima in leven, wat later wat geiten, en om dan de daglijst maar even af te maken, volgde nog een hond, een groepje loslopende paarden, schapen en een ezel. Nee, geen koe. Dit loslopende gepeupel verklaart dan ook de uitwerpselen van diverse aard op de weg zowel buiten als binnen de dorpen. Dus wie nu nog klaagt over een loslopende kat……

In Monodendri parkeren we de auto en gaan te voet naar een paar bezienswaardigheden. Om te beginnen het Agia Paraskevi klooster. Klein maar fijn en het heeft een balkon met uitzicht op de  Vikos Kloof. Indrukwekkend om te zien.

Daarna lopen we naar het openlucht theater dat het plaatsje heeft. Het ziet er zo goed als nieuw uit en wordt ook goed gebruikt. Bij dit theater begint ook één van de wandelroutes  de Vikos kloof in. We besluiten die deels te doen omdat het begint met afdalen en het klimmen dus pas daarna komt. Met het oog op DSCF1353_resizede nog niet herstelde conditie van Co gaan we een half uur dalen en dan weer terug. De hele daling zou een klein uurtje duren, hadden we van andere Nederlandse toeristen gehoord. Het was wel de moeite waard. Wat voel je je klein zo tussen de bergwanden in.

Weer boven gekomen, nat bezweet, hebben we dorst en ook wel trek. We gaan onder de plataan op het dorpsplein zitten om wat te eten. Het is wel wat lawaaierig omdat met behulp van de brandweerauto het plein eens lekker schoon gespoten wordt. Het lijkt alsof ze voor ons een pauze nemen, maar we blijven te lang zitten om op te wachten. De restauranteigenaar verontschuldigt zich voor het lawaai en laat ons weten dat het maar 1 keer per jaar gebeurt…… Hadden we maar zoveel geluk in de loterij.

Na deze late lunch gaan we weer de auto in en rijden door naar Megalo Papingo (soms ook gespeld als Papigo). Onderweg steken we via een hele smalle steil oplopende brug de Vikos rivier over, waar hier wel water in zit. In Megalo Papingo parkeren we de auto op een groot parkeerterrein en lopen het plaatsje in. We maken wat foto’s en zien onze volgende en laatste stop al aan de overkant van het dal liggen: Mikro Papingo. Het dorpje lijkt wel geplakt tegen de wanden van de bergen. Maar voor we daar heen gaan, eerst nog even een drankje op een terrasje.

In Mikro Papingo treffen we een kantoortje aan van het Wereld natuur fonds. Ze verkopen er ook hun knuffelcollectie……. Ja, er zat er nog één bij die we niet hadden. Boven is een informatie tentoonstelling over het gebied, wat de natuur betreft. Vanuit dit dorpje kun je o.a. naar de Astraka hut lopen en verder naar de top van de Gamila berg op 2.450 meter, of naar het Drakenmeer (Drakolimni), onderaan de top. Dat is echter 9 uur lopen heen en terug, dus dat lukt ons niet meer vandaag. We wandelen nog wat rond in het plaatsje en omdat het einde van de middag nu is aangebroken, gaan we terug richting Koukouli. Vlakbij Mikro Papingo is een natuurlijk zwembad in een riviertje. Er zitten nog een hoop mensen van de zon en het water te genieten.P1000844_resize

Onderweg eten we nog wat in Monodendri. Terras met mooi uitzicht, maar omdat de zon het terras niet meer bereikt, voelt het op het laatst wel wat fris aan. Het is 7 uur als we wegrijden uit Monodendri en we maken nog één tussenstop voor zo’n kenmerkend stenen boogbruggetje langs de route.

In Koukouli aangekomen merken we niets van andere gasten, maar misschien komen die nog. We halen nog twee flesjes Ouzo bij de buurman om lekker op onze kamer van te genieten. Jamas!

Zondag 24 juli 2011

P1000676_resizeDe overgang

Vanmorgen is het weer inpakken geblazen en dan de auto in naar de volgende bestemming: het Zagoria gebergte, in de richting van Albanië. Na het ontbijt nemen we afscheid van hoteleigenaar Achilleas en zijn medewerkers en we gaan op weg.

We maken een stop in Ioannina, de hoofstad van Epirus. Na wat zoeken vinden we een parkeerplek en gaan we op verkenning. De stad ligt mooi aan een groot meer, met bergen op de achtergrond. In het meer ligt een eiland met drie kloosters, waar je heen kunt varen. De meeste bezoekers komen hier voor de vesting van Ali Pasja, een volledig ommuurd gedeelte van de stad, op een vierkante rots, waar behalve huizen ook blikvangers als de moskee (nu musuem) en de kasteelwoning van Ali Pasja staan. De muren van de vesting zijn gigantisch dik. We lopen een paar uur rond in Ioannina, eten er een broodje bifteki en zoeken dan de parkeerplek weer op. De bazaar van Ioannina kent heel veel koperslagerswinkels en zilversmeden, maar omdat het zondag is, zijn de meeste winkels gesloten. We krijgen trouwens wel een indruk van die buurt, omdat onze routeplanner ons dwars door de bazaar de stad uit stuurt.

Dan rijden we voor het laatste gedeelte van deze reis de bergen in naar het dorpje Koukouli. Vlakbij het plaatsje Kipi stoppen we even voor uitzicht op één van de bijzondere stenen boogbruggen hier. Die zijn soms honderden jaren oud, en zonder cement in elkaar gebouwd van stukken leisteen. De laatste kilometers naar Koukouli klimt de weg omhoog en houdt dan bij het dorpje gewoon op. P1000696_resizeWe parkeren de auto en zien op de platia (het dorpsplein) al een bordje staan van ons verblijf: Nikola’s Guest House. Er blijkt echter niemand aanwezig te zijn. Bij de taverne op het plein vraagt Jeroen of zij misschien iets weten. De dochter spreekt gelukkig Engels en zegt dat ze de eigenaar zullen bellen. Na een paar minuten besluiten we maar een colaatje te bestellen, maar het lijkt wel of we geen contact kunnen krijgen. Er is alleen aandacht voor de Griekse klanten die hier lunchen. Wat een overgang na de warme ontvangst in Parga… Even later verschijnt er een vrouw bij het guesthouse en lopen we weer naar boven. Zij blijkt wat Duits te spreken. De eigenaar had helemaal niet gezegd dat er vandaag gasten zouden komen. Evengoed lopen we meteen naar onze kamer en krijgen we handdoeken. Het ziet er hier ontzettend sfeervol uit. Een stenen haard in de kamer, een beschilderd plafond en een schitterend uitzicht over de bergen en de leistenen daken van de dorpshuisjes.

We besluiten de rest van de dag hier te blijven en eerst wat drinken te gaan halen bij de taverne. Dit keer krijgen we wel contact. We nemen meteen een paar flesjes water mee, want het kraanwater hier is niet drinkbaar. We vragen of we er ook kunnen dineren en spreken een uur of 7 af. Dan maken we een rondje door het dorp, door de smalle stenen straatjes. De huizen die nog bewoond zijn, zien er erg sfeervol uit, allemaal geheel in de stijl van grijze leisteen. Veel andere huizen zijn verwaarloosd of half ingestort. Toch heeft het wel wat, zo’n dorpje. Terug bij het hotel spreken we een Nederlands gezin dat hier al een paar dagen is. Zij waren de enige gasten en dat zullen wij vanaf morgen zijn, want zij vertrekken weer, naar de omgeving van Parga. We wisselen dus wat tips uit en rusten dan even uit op de kamer.

Om 7 uur gaan we naar de taverne en bestellen uit de beperkte keuze van vandaag. Er is geen tzatziki, maar wel een saganaki (gebakken kaas) als voorgerecht en we bestellen een paar souvlaki’s (saté zonder de saus), met brood en salade. En dan begint het onthaasten in zo’n dorpje, aan een verlaten pleintje onder een oude grote plataan. Opeens is het vermakelijk om te zien hoe een oud mannetje een paar geiten op een veldje probeert te houden en vraag je je af wie er aan zal komen als je verderop het geluid van krakend grint onder autobanden hoort. Wat een RUST!!! De plaatselijke katten laten zich even zien  en de hond van de taverne komt even een aai halen bij Co. Omdat we nog wel wat trek hebben, bestellen we nog wat patat en een paar extra souvlaki’s. De rosé blijkt opeens rode wijn te zijn, maar die smaakt ook best goed. Dan komt er een oudere vrouw het pleintje op en we raken aan de praat. Ze is Engels van oorsprong en zij en haar man zijn in 1989 naar Koukouli verhuisd. Dat had nogal wat voeten in de aarde, omdat je hier niet zomaar als buitenlander een huis mag kopen. Ze hebben er een boek over geschreven en we zijn van harte welkom om eens bij hun langs te gaan (en eventueel het boek te kopen). Zij is  gids geweest DSCF1276_resizehier in de streek en heeft nog een paar wandeltips.

De mensen van de taverne zijn inmiddels ook wat ontdooid en we krijgen zelfs een toetje van het huis: iets van sinaasappel in een citroenlikeurtje. We nemen er nog maar een ouzootje bij. Er komen toch nog wat andere mensen aan tafel, die ons hartelijk gedag zeggen, dus inmiddels voelen we ons wel geaccepteerd in het dorpje hier.

Morgen maar eens de omgeving ontdekken met de befaamde Vikos kloof.

 

zaterdag 23 juli 2011

P1000544_resizeTwee hoogtepunten: kerkepad en treinritje

Onze kamer heeft een mooi uitzicht en we kijken al dagen naar een kerkje op de top van een heuvel, de Agia Eleni. Volgens de hoteleigenaar is het uitzicht van daar af prachtig. We besluiten vandaag de klim te wagen. We moeten even zoeken naar het begin van de route maar opeens lopen we tegen een bordje aan dat aangeeft dat we langs de bakkerij moeten.

Het eerste stukje is het steilste en ook smal. Al snel belanden we tussen de bomen. Het is enigszins bewolkt en dat maakt het minder warm, maar al snel zijn onze grijze t-shirts toch een paar tinten donkerder, maar wel egaal.

Onderweg zien we ook veel netten liggen die gebruikt worden om de olijven op te vangen als ze uit de bomen geklopt worden. Ook zijn er hier en daar terrassen gemaakt om te voorkomen dat grond wegspoelt en bomen omvallen.

Onderweg komen we nog een ander kerkje tegen. We nemen een kijkje binnen en klimmen verder naar de top. Als we daar aankomen blijkt het de moeite waard te zijn. Het uitzicht is werkelijk prachtig. Mooi uitzicht op Parga en omgeving met zijn stranden en ook ons hotel is mooi te zien.

We dalen weer af nadat we even goed bijgekomen zijn. We zijn tegen 12 uur weer in Parga en kunnen nog het toeristen-treintje nemen  van 12 uur. We kopen de kaartjes en omdat het treintje er toch nog niet is, kopen we nog snel een donut, water en cola voor lunch.

Het treintje is er een zonder rails die ons over de weg naar de top van een andere heuvel brengt waar een groot fort op gebouwd is. Dit fort werd door de Turkse veldheer Ali Pasja gebouwd toen die hier de baas was om zo de bevolking onder controle te kunnen houden. Echter de bevolking vluchtte weg (en groeven zelfs de doden op om die te verbranden zodat die ook niet onder de Turken zouden vallen) en het fort werd niet afgebouwd omdat het niet meer nodig was.

DSCF1178_resizeToen de bevolking 100 jaar later weer teug kwam omdat de Turken weg waren, hebben ze vernielingen aan het fort aangebracht als een soort van emotionele wraak.

Dit alles werd ons verteld door een gids die bij het treintje hoort. Op de terugweg maken we nog een stop in het dorpje Anthoussa. Daar mogen we nog 20 minuten ronddwalen en dan rijden we verder terug naar Parga. De tocht duurde in totaal ongeveer 2 uur.

We nemen nog een drankje en Pita gyros bij Jevse, waar we al eens eerder geweest waren en dus hartelijk ontvangen werden. Daarna gaan we op zoek naar een winkel die ook van de hoteleigenaar is om daar een fles plaatselijke ouzo, kum quat en tentoura te kopen. De kum quat is als cadeau voor Giota en we kopen elders nog een woordenboekje Engels Grieks, v.v. voor Badin, die zelf vindt dat zijn Engels erg slecht is.

Tijd om even lekker te gaan zwemmen en luieren in de zon. Het is druk bij het zwembad. We zijn voor de laatste keer hier bij het zwembad want morgen reizen we verder naar Koukouli. We halen wat herinneringen op die we bijvoorbeeld vergeten zijn te vermelden zoals de mojito’s van Giota, de murene die dood op het strand lag en toch wel akelige tandjes liet zien, Pluto, de hond van het hotel die lekker zelf het dorp in gaat…..

Zo wordt het tijd om voor de laatste keer in Parga te gaan dineren. We willen kijken bij Zorbas of ze daar giouvetsi hebben. Dat blijkt het geva,l maar we gaan eerst nog even een boodschap doen om daarna bij Zorbas plaats te nemen. We zijn de eerste klanten.

Het diner is heerlijk en niet duur. De giouvetsi wordt anders voorgeschoteld dan dat we hem kennen maar hij is werkelijk heerlijk. Het lamsvlees zit nog aan het bot, maar valt er makkelijk en bijna vanzelf vanaf. Na het diner vragen we om de rekening en er wordt ons een ouzo van de zaak aangeboden. Dat slaan we niet af en al snel komt wel de ouzo, maar niet de rekening. Opnieuw vragen we hierom en nu krijgen we een schotel met meloen voorgezet. We grappen al wat er zal gebeuren als we weer om de rekening vragen, maar dan komt deze nog voor we er om kunnen vragen. Ach, we hebben niets te klagen.

DSCF1127_resizeWe gaan nog een ijsje halen en dan terug naar ons hotel. Eerst afkoelen en dan gaan we bij de bar wat drinken. Afscheid nemen van Giota en Badin, die ons zo fijn ontvangen hebben.

Parga, we komen vast nog eens terug!

PS: In Koukouli hebben we waarschijnlijk geen internet, hooguit via onze telefoon. Dus wellicht de komende dagen geen updates. We verblijven daar 3 dagen.